Het noordelijk deel van het Thurn en Taxispark werd recent verlengd met het nieuwe Pannenhuispark (zie A+290). Op de verbinding van de twee delen van het park en op de helling aan de Charles Demeer-brug verbindt een voetgangersbrug het lage met het hoger gelegen deel, waardoor er meteen ook een tweede toegang tot metrostation Pannenhuis ontstaat. Dit pareltje, dat tegelijk ruw en tot in de puntjes verzorgd is, kadert binnen het Duurzaam Wijkcontract ‘Bockstael’ van Stad Brussel en werd getekend en vormgegeven door de ingenieurs-architecten van Util en de architecten van Baukunst.
De zware betonmassa van deze licht ogende voetgangersbrug strekt zich dicht boven de grond uit over bijna 60 meter. Ze is bevestigd op het brugdek en wordt ondersteund door een korte en een lange pijler, die als kogelgewrichten werken, en door een enkelvoudige steun op het laagste punt. De hele constructie is nagespannen: de staalkabels zijn onder spanning gezet nadat het beton was uitgehard. Net als een veiligheidsspeld heeft ze twee rechte delen verbonden door een derde, scherp gebogen deel. De driehoekige doorsnede van de betonconstructie zorgt voor een uitgepuurd silhouet, beperkt de vereiste hoeveelheid beton en volgt mooi de gedraaide structuur. Het beton is niet afgewerkt, want door naspanning wordt scheurvorming beperkt, wat ideaal is voor een buitenomgeving. Dit strakke oppervlak is enkel aangevuld met een reling uit buisvormige metalen profielen, in het beton geboord en afgewerkt met een H-profiel dat ook op andere plaatsen in het park als handgreep terugkomt. Ledlampjes werden subtiel in de borstwering geïntegreerd en verlichten de voetstappen van voorbijgangers.
Het gewaagde en de elegantie van dit voorstel zitten in de conceptuele en fysieke plasticiteit van het werk, alsof de betonnen balk letterlijk is verdraaid. Het is alsof de kromming zojuist heeft plaatsgevonden en niet kan worden teruggeplooid. We zien op het eerste gezicht ook niet hoe of waarom deze kromming het volhoudt. Plasticiteit wordt opgevat als het vermogen van een materiaal om te worden vervormd tot voorbij het ‘point of no return’, maar voor het breekpunt. Het unieke van het materiaal en de verwerking ervan – beton als dragend element en als afwerking – ondersteunt zijn sterke expressie.
De eenvoud en zichtbaarheid van de structuur verbergen echter de complexiteit van de onzichtbare krachtlijnen en momenten, die overal aanwezig zijn en tot op de millimeter nauwkeurig worden geregeld door de precieze maar, naargelang het deel van de structuur, wisselende positie van de kabels en naspanningskabels die in het beton zijn ingebed. De enige aanwijzing voor hun aanwezigheid zijn twee ‘deurmatten’ of twee rechthoeken boven- en onderaan de constructie, die de plaats verraden waar de kabels door middel van vijzels worden opgespannen. Of de positie van de twee stalen kolommen op de plek van de krachtmomenten, die de helling evenwicht geven. Deze metalen steunen, die de beeldtaal van de bestaande brug overnemen, zien eruit als stutten, vakkundig op de denkbeeldige breukpunten geplaatst.
Deze betonnen structuur zou niet bestaan zonder het tijdelijke bestaan van een eerste, eerder netwerkachtige, complexe en stevige constructie. De betonbekisting was immers de constructie van de constructie. Een groot deel van de uitvoering ging dan ook naar de complexe bouw van deze reuzenmal. Een houten brug met een ingewikkelde en nauwgezette uitvoering, een schim van de uiteindelijke brug, een droste-effect, voordat de droogtijd het beton in een paar dagen verzegelt en de uiteindelijke vorm onthult. Op de vraag of een aangelegde helling geen eenvoudigere oplossing was, geeft de landschapsarchitectuur zelf het antwoord. De eenvoud van de behandeling van de bodem, die gespaard is gebleven van funderingen en grote ophogingen, contrasteert met de kromming en de helling van de brug. De keuze voor een bouwwerk, een voetgangersbrug die in dialoog gaat met de bestaande brug, vormt een belangrijk oriëntatiepunt in het park waarvan het bijzondere karakter het ergens logisch maakt dat er niet voor een gewone helling werd gekozen. De voetgangersbrug voegt een nieuwe verbinding toe om het park te ontsluiten, en skaters, voetgangers en fietsers glijden er met plezier door het landschap.